Inleiding

Een iconische tekst

De Hartsoetra (Sanskriet: Prajñāpāramitāhṛdaya, Chinees: 心經 Xīnjīng, Japans: はんにゃしんぎょう / 般若心経 Hannya Shingyō) is zonder twijfel de meest iconische tekst van het mahayana, de verruimingsbeweging in het boeddhisme die een tweetal eeuwen voor Christus ontstond. Het mahayana zwermde vervolgens over landen als Indië, China, Korea, Japan en Tibet. De boeddhistische tradities die in het Westen het best gekend zijn, zoals het Tibetaanse boeddhisme en de zen, behoren hiertoe.

Het mahayana

Het mahayana maakte (en maakt) er een zaak van om niet slechts een boeddhisme voor kloosterlingen te zijn, maar een boeddhisme, een pad naar bevrijding, voor alle mensen. Zo zag het zichzelf als een groot (Sanskriet: maha) voertuig (yana) waarin plaats was voor iedereen op weg naar de verlichting. Het oude boeddhisme, dat volgens hen teveel enkel op monniken en nonnen was gericht en op de eigen verlichting, noemden ze smalend het hinayana (kleine voertuig). Tegenwoordig gebruiken we liever de term theravada (Sanskriet: traditie van de oudere monniken) om het oorspronkelijke boeddhisme aan te duiden. Beide tradities bestaan nog steeds. Het is wel belangrijk goed te beseffen dat het mahayana als verruimingsbeweging het oudere boeddhisme niet verwerpt maar er verdere conclusies uit trekt en het zo in een breder daglicht ziet.

Geen-zelf en grenzeloosheid

De historische Boeddha lanceerde het begrip anatman, geen-zelf. Dat betekent dat de mens geen apart zelf heeft, geen essentie die losstaat van zijn samenstellende delen (dit is geen materialisme, want ook het bewustzijn wordt onder die delen gerekend). Deze leer is geen theorie, maar iets dat iedereen zelf kan ervaren. In het mahayana wordt deze logica doorgetrokken tot de zelfloosheid of essentieloosheid van alle dingen, alle verschijnselen. Het begrip sunyata (Sanskriet: leegte, ook wel vertaald als grenzeloosheid) verwierf een centrale rol: het vatte samen dat niets op zichzelf bestaat; alle fenomenen bestaan alleen in onderlinge afhankelijkheid. De werkelijkheid is dus één ongescheiden proces waarin enkel het denken lijntjes trekt en onderscheid maakt. Daarmee behoort het mahayana tot het nondualisme. Evenals de zelfloosheid op persoonlijk niveau is ook deze grenzeloosheid van alle fenomenen een directe ervaring die beschikbaar is voor iedereen.

Goed nieuws: iedereen Boeddha!

In de eerste eeuwen na Christus kwam het mahayana in Indië tot een enorme bloei, en dat uitte zich in een explosie van nieuwe soetra’s. Deze teksten waren in de meeste gevallen heel breedvoerig van stijl, met weidse, uiterst fantasierijke beelden van universele verbondenheid en mededogen. Ze zijn opgevat als een soort van blijde boodschap: iedereen zonder uitzondering kan het boeddhaschap, de verlichting bereiken, dus een wezenlijk en diep geluk realiseren in het leven. Het woord boeddhanatuur werd aanvankelijk gebruikt om deze natuurlijke aanleg voor het boeddhaschap te benoemen; maar steeds meer werd in latere eeuwen deze term gebruikt om aan te geven dat we zelfs al verlicht zijn, dat dát onze ware natuur is. Deze visie drukt niet alleen een diepe waarheid uit maar is ook pedagogisch interessant. Vooral in de zen wordt grote nadruk gelegd op het realiseren van je ware natuur, je boeddhanatuur. Uiteindelijk betekent dit: realiseren dat je geen op zich bestaand iets bent; waar je je ook mee identificeert, het is altijd iets dat enkel bestaat in totale onderlinge afhankelijkheid met al de rest. Voorbeelden van dergelijke mahayanasoetra’s zijn de Lotussoetra, de Avatamsaka- of Bloemenkranssoetra, de Vimalakirtisoetra en de Lankavatarasoetra. Vooral de laatste twee waren samen met de Diamantsoetra (zie verder) zeer belangrijk in de ontwikkeling van de vroege zen.

De Prajnaparamitaliteratuur

Het meest bekend is echter de groep Prajnaparamitasoetra’s, dikwijls vertaald als de soetra’s van de Perfecte (paramita) Wijsheid (prajna). Paramita is een woord dat, zoals zovele Sanskriet woorden, een heel scala aan verwante, maar subtiel verschillende betekenissen heeft. Laat ons voorlopig stellen dat het betekent “naar de andere oever gaan” maar ook “naar de andere oever gegaan zijn”. Het is dus zowel de wijsheid die toelaat de verlichting (de andere oever) te bereiken als de wijsheid die de uitdrukking is van het bereiken van verlichting. (Zie het gedetailleerde commentaar onder voor verdere verklaring van deze termen).

De oudste tekst van de groep telt 8.000 verzen en zou begonnen zijn in Indië in de eerste eeuw voor Christus, om voltooid te worden in de eerste eeuw na Christus. Deze soetra is de oudste mahayanasoetra, de eerste die het woord mahayana gebruikt, en bovendien de eerste die de benaming bodhisattva (Sanskriet: wezen van verlichting) gebruikt voor het ideaal van de mahayanabeoefenaar. Andere zijn geformuleerd in 18.000, 25.000 en zelfs 100.000 lijnen. Kortere versies omvatten 2500, 700, 500 en 300 lijnen (de laatste is de zgn. Diamantsoetra). Een extreem beknopte samenvatting van de thematiek van deze literatuur telt maar één letter: de Sanskriet a. Maar er is ook een samenvatting van één pagina, en dat is de fameuze Hartsoetra.

De Hartsoetra

De precieze oorsprong van de Hartsoetra is niet gekend. Het middendeel ervan is duidelijk overgenomen uit het eerste hoofdstuk van de Prajnaparamitasoetra in 25.000 lijnen. De oudste Chinese versie is de vertaling (uit het Sanskriet, zie verder) van de vermaarde vertaler Kumarajiva, die in 401 naar China kwam. De versie die ook tegenwoordig nog gebruikt wordt in China, Japan, Korea en Vietnam is de Chinese versie die meestervertaler Xuanzang (604-664) in 649 zou gemaakt hebben. Xuanzang was de belangrijkste boeddhistische academicus van zijn tijd, die duizenden studenten had. Bij zijn dood zei de keizer: “We hebben onze nationale schat verloren.”.

Modern onderzoek trekt nu echter ernstig in twijfel of er wel een Sanskriet origineel geweest is: mogelijk werd de Hartsoetra origineel in het Chinees geschreven en is de Sanskriet versie daarna vanuit het Chinees vertaald… Xuanzang zou de tekst ergens van iemand gekregen hebben en mogelijk enkel wat hebben aangepast. De boeddhistische gemeenschap reageerde geschokt op deze these. Het leek alsof de Hartsoetra een vervalsing zou zijn, vanuit de idee dat een Mahayana soetra maar echt is wanneer hij oorspronkelijk in het Sanskriet is geschreven, dus uit Indië afkomstig is. Maar door wie, wanneer en in welke taal de Hartsoetra gecompileerd werd, speelt natuurlijk geen enkele rol – het gaat om de inhoud.

Structuur van de tekst

Ook van de Hartsoetra zelf zijn er twee versies, een korte en een lange. We zullen ons beperken tot de korte, in het bijzonder de (zogenaamde?) vertaling van Xuanzang.

1. Inleiding

De tekst begint met een inleiding waarin Avalokitesvara de grenzeloosheid diep inziet, dus verlichting realiseert en daarmee -aldus de tekst- alle wezens van angst bevrijdt. Daarmee is deze “inleiding” voor mij veel meer dan een inleiding. Zonder de geringste twijfel zou ik deze passage Het Hart van de Hartsoetra noemen, want hiermee is in feite alles gezegd:

INZICHT IN GRENZELOOSHEID =

VERLICHTING =

MEDEDOGEN.

Dat is de essentie van het mahayana…

De rest van de soetra bestaat uit een nader verklaren van de grenzeloosheid (deel 2), een korte beschrijving van de resulterende verlichting (deel 3) en een jubilerende slotformule (deel 4).

2. Avalokitesvara spreekt over de grenzeloosheid van alle verschijnselen.

Hier spreekt Avalokitesvara Sariputra toe. Hij legt uit dat alles leeg is, grenzeloos, niets heeft een apart bestaan. Zijn opsomming is compleet: hij vertrekt bij de elementen waar een mens uit bestaat, om ten slotte te komen tot alle klassieke boeddhistische leerstellingen. Niets ontsnapt aan de grenzeloosheid.

3. Avalokitesvara spreekt over het ontwaken.

Dan verwoordt Avalokitesvara hoe het diep inzien van deze grenzeloosheid verlichting is.

4. Slot en mantra

Het enthousiasme dat opgebouwd werd doorheen de tekst wordt nog verder opgevoerd om uiteindelijk te culmineren in de Sanskriet mantra, die traditioneel niet vertaald wordt; het is alsof de klanken hier belangrijker zijn dan de woorden, want de betekenis van woorden schiet tekort.